Walvishaaien
Na het teken glijden we allemaal met duikbril en snorkel op het water in. Mijn vriendin ziet hem gelijk: de walvishaai. Maar ik kijk blijkbaar
een verkeerde kant op, want ik zie niets in het woelige water van de Indische oceaan, voor de kust van Mocambique. Maar dan ineens doemt er
iets op uit de verte. Groot, lang en donker. Aaaahh. Mijn hart stokt in mijn keel. Gevoed door enige paniek, maai ik met armen en benen om mezelf
iets zijwaarts te manoeuvreren,
zodat het gevaarte dat op mij afkomt alle ruimte krijgt. Geruisloos en soepel glijdt de walvishaai aan mij voorbij. Ik zie duidelijk
zijn witte stippen. Wauw! Ondanks dat ons keer op keer is verteld dat deze dieren géén mensen eten, ben ik toch angstig en zeer
onder de indruk. Wat als hij mij aanvalt? Maar voordat ik ben uitgedacht, is de haai voorbij. Op weg naar andere plekken, vol met plankton en kleine
visjes. Met open bek beweegt hij door het water. Hij reageert totaal niet op spartelende benen van groepsgenoten die ik her en der om me heen zie.
Een half uur eerder zijn we vanaf Praia do Tofo met een rubberboot de oceaan opgevaren om te snorkelen 'met' deze bedreigde diersoort. Er zijn slechts
vijf plekken op de wereld waar ze goed zijn te zien. Twee buitenboord motoren brengen ons door de ruige
branding. Twaalf groepsleden zitten naast elkaar op de rand. Ik moet alle zeilen bijzetten om me vast te houden aan het touw, zodat ik niet
achterover het water in duikel. We stuiteren over de golven. Het is zeker spectaculair, maar desondanks vind ik het niet erg aangenaam. Binnen enkele minuten
zijn we tot op het bot doorweekt. Het is koud. De wind waait door onze natte t-shirts. Hoog in een stoel, achter op de boot, zit iemand op de uitkijk.
Na de eerste ontmoeting met de walvishaaien komt iedereen enthousiast boven. Grote opwinding. We hijsen ons weer aan boord, wat nog niet meevalt. Op naar
de volgende 'spot'. Mijn vriendin
voelt zich al gammel en zit er al een beetje ziekjes bij. De golven laten de boot lekker stampen. Als ik een enorme hap benzinelucht naar binnen
krijg, slaat ook bij mij de slapte toe. Weer walvishaaien gesignaleerd, roept de uitkijkpost. Als we stilliggen, zwakt het deinen van de boot
ons enthousiasme verder af. Mijn vriendin is echt zeeziek en ik voel me té gammel om me nogmaals in het water te laten plonsen en erger nog,
weer in de rubberboot te klimmen. Ik laat alles aan me voorbij gaan.
Wel hang ik over de rand met mijn hoofd vlak boven het wateroppervlak. Daardoor word ik evengoed getrakteerd op een fantastisch schouwspel.
Maar liefst drie keer glijdt er een walvishaai vlak onder de boot door. Telkens kan ik het dier echt ongelooflijk goed zien. Hoe gracieus hij zich
voortbeweegt. Als bonus zwemt er een mantarog voorbij. Ik schat de doorsnee op zo'n drie meter. Wow. Dit is echt waanzinnig, wat een machtig
gezicht en wat een spectaculaire snorkeltrip.
Deze wordt nooit meer overtroffen.
Ook doen we nog de kustplaatsen Morrungulo en Virankulos aan. In Morrungulo zitten we in leuke, rietgedekte huisjes, waar de terrassen aan de
achterkant mooi uitkijken over een grote baai. In Virankulos maken we in een dhow met gestreken zeil een snorkeltrip naar het eiland Magaruque
van de Bazaruto-archipel. Zonder walvishaaien dit keer. We krijgen waterschoenen om over de scherpe, rotsachtige bodem te stappen voordat we kunnen
snorkelen. De overtocht
duurt zo'n anderhalf uur. Gelukkig is de zee kalm. Het koraal is niet heel bijzonder. Wel zien we kleine, gekleurde vissen. Tussen de middag
eten we vis met rijst en salade, alles aan boord klaargemaakt. Kosten 70 dollar per persoon.
Gorongosa
naar boven
terug naar intro
terug naar Truck en Jeep