De houten kantoren van het bootpersoneel passen meer dan goed in het landschap. Foto: Stella van Zanten©
Vanaf de camping in Mezní Louka moeten we langs het hotel aan de overkant het bos in. Dat doen we ook.
Maar omdat we blijkbaar gelijk verkeerd lopen, komen we uit bij een klein stroompje dat allengs groter wordt.
Dat blijkt de Kamenice.
We zijn in het westelijk deel van Noord-Bohemen, aan de grens met Duitsland. Daar ligt
het natuurgebied Tsjechisch-Zwitserland. In de zandstenen rotsen zijn door de Kamenice smalle
en diepe kloven gevormd. Wij varen er door twee, eentje extra door de foutieve route.
Ondanks dat de boottochten in de
zomermaanden veel toeristen trekken, wijst niets erop dat het
personeel daarop is ingesteld. De kaartjesverkoper spreekt alleen Tsjechisch, er hangen nergens
borden met Engelse of Duitse uitleg en de bootsman vertelt wel in iets wat Duits moet zijn, maar
dat is voor ons niet te volgen. Maar ach, zoals wel vaker op deze trip, vermaken we ons prima zonder
tekst en uitleg. De beelden spreken voor zich.
Tweemaal glijden we in een soort grote roeiboot heel rustig door het water. De bootsman steekt
zijn stok in het water, zet af en trekt de stok omhoog voor de volgende duw. Geen stank, geen
geluidsoverlast. Kalmpjes soezen we door de kloven.
Bij het loket voor de tweede tocht is het een stuk drukker. Nu spreekt de kaartjesverkoper
wel een paar woorden Duits.
Pravcická brána
vorige pagina
naar boven
terug naar intro