Sossusvlei duinen
Mijn voeten zakken weg in het rulle zand. Bij elke stap glij ik een beetje achterwaarts. Al na enkele minuten hijg ik behoorlijk. Maar ik kom
omhoog, al is het langzaam. Het is vroeg in de ochtend als we aankomen bij duin 45 van Sossusvlei, in het hart van de Namib-woestijn. Het is een van
de weinige duinen die mogen worden beklommen. Zo'n 150 meter moeten we stijgen voordat we het hoogste punt hebben bereikt. Om ons heen zie ik een
landschap vol met andere duinen. Wat een machtig gezicht. Her en der groeit een plukje geel savannegras, bij hoge uitzondering een boom. Het smalle
pad op de rug van het duin is bedekt met voetstappen. Na verloop van tijd ontdek ik dat ik makkelijker stijg als ik mijn voeten in de sporen van mijn
voorgangers zet. Aan weerszijden is 'afgrond'. Ik kan dus
niet alleen maar om me heen kijken. Naar het oranje-rode zand, de scherpe vouwen, de schaduwen en de eindeloze, majestueuze duinen, die oprijzen
uit de vlakte. Ineens voel ik een vergelijking met bergbeklimmers, die hoog boven de aarde heel ver uitkijken over de toppen.
Nu ik boven ben, moet ik ook naar beneden. Het loopgedeelte ligt op de flank van het duin. Behoedzaam daal ik af. Sommigen nemen de korte route
en 'storten' zich in een rechte lijn omlaag, dwars door het maagdelijke zand. In slechts enkele seconden bereiken ze vaste grond. Ik blijf wel op het
pad, maar opgejut door deze durfals besluit ik mijn tempo op te voeren. Half rennend ga ik naar beneden. Goed opletten dat ik mijn evenwicht
niet verlies. Ik suizebol en bij elke stap zakken mijn loopschoenen tot aan mijn enkels weg in het zand, maar dat houdt me niet tegen. Ik schreeuw
van vreugde.
De vallei waar we ons bevinden, is onderdeel van het Namib-Naukluft national park, in het westen van Namibië. Even verderop ligt Deadvlei.
Vanaf de parkeerplaats stappen we over in 4x4-jeeps. Het is enkele kilometers tot het vertrekpunt voor Deadvlei. Na een minuut of twintig
lopen komen we aan bij de witte zoutvlakte, omringd door zandduinen. Tegen het wit steken de zwartgeblakerde, dode bomen macaber af. Het is een
bijna surrealistisch gezicht. De bladerloze takken contrasteren mooi met het oranje-rode zand, de blauwe lucht en het witte zout. Een heel aparte
plek zo, in Naukluft.
Tot slot brengen we een bezoek aan de Sesriem canyon. We dalen af in een smalle kloof. Met z'n allen lopen we door de droge bedding, omgeven door
steile, metershoge rotswanden.